Eigenaar Chong Chu van de Amsterdamse Foodhallen wil het concept na Rotterdam nog naar twee of drie andere steden brengen. Hij zoekt daarvoor naar historische gebouwen in grote steden, zegt hij in het FD. “Alleen daar heb je genoeg aanloop.”
Elke vestiging van de Foodhallen krijgt een local touch, zegt Chu. Zo verwijst het interieur in de Rotterdamse vestiging, die recent open ging, naar oude scheepskantines en komen in het vloerontwerp maritieme vlaggen terug. “Maar wel subtiel, het moet er niet te dik bovenop liggen”, aldus Chu. De Rotterdamse Foodhallen is gevestigd in het monumentale voormalige Pakhuismeesteren aan de Wilhelminakade op de Kop van Zuid en telt zo’n duizend vierkante meter.
De vestiging in Amsterdam aan het Bellamyplein in Oud-West kreeg vorig jaar 650 duizend betalende bezoekers over de vloer, van wie 65 procent van buiten de stad kwam. De Foodhallen groeit nog altijd, zegt Chu. “Ik had verwacht dat de rek er inmiddels uit zou zijn, maar het zet nog steeds door.”
Chu was vier jaar terug de eerste die een foodhal in Nederland opende en rolt nu als eerste zijn concept uit naar meerdere locaties. In totaal telt Nederland inmiddels dertien foodhallen, terwijl er nog plannen zijn in onder meer Arnhem, Breda en Groningen. Amicitia Food Village in Amersfoort en Marché 010 in Rotterdam moesten juist noodgedwongen hun deuren door tegenvallende resultaten.
