In de zeventien grootste winkelsteden is 23 procent van de winkels in de binnenstad een eet- en drinkgelegenheid. In 2010 was dat nog 16 procent. Dat blijkt uit het rapport ‘Food & Beverage, het nieuwe recept voor retail’ van internationaal adviseur Cushman & Wakefield.
Niet verrassend: Amsterdam is koploper, met alleen al in het kernwinkelgebied 1.270 food & beverage-winkels. Dat zijn er meer dan het totaal aantal van dit soort zaken in de kernwinkelgebieden van Den Haag, Rotterdam en Utrecht bij elkaar.
De groei is er in Amsterdam wel uit. Van alle grote winkelsteden was de toename hier het geringst. Vooral in Rotterdam (+ 70 procent) en Eindhoven (+ 57 procent) kwamen er veel eet- en drinkgelegenheden bij. Net als Den Haag (+ 48 procent ) en Utrecht (+ 42 procent) zijn dat volgens Cushman & Wakefield steden die de afgelopen jaren het meest hebben geprofiteerd van de steeds groter wordende verzorgingsgebieden van winkelsteden. “In zekere zin zou je kunnen concluderen dat de grote winkelsteden Amsterdam achterna gaan in termen van beleving en verblijfsduur. Een dagje Amsterdam krijgt navolging – en wellicht zelfs concurrentie – van een dagje Eindhoven, Zwolle of Rotterdam.”
De grootste stijging deed zich voor in stadsdeelcentra en op meubelboulevards. Daar zijn respectievelijk 83 en 93 procent meer eet- en drinkgelegenheden dan een kleine tien jaar geleden.
